Soera 32 de adoratie

Verheerlijk Allah en werp in vernedering uw waardeloze zelf ter aarde.

door Ibn Sufi al Kitab.

De eerste zin van deze soera toont het intolerante karakter van de Koran door de rede te beledigen,


Vers 32:2  “De openbaring van het Boek is zonder twijfel van de Heer der Werelden.


Zonder twijfel. Dus geen vragen stellen of onderzoeken of leren begrijpen. Maar mond houden, onderwerpen, gehoorzamen en de onkenbare ali-ilah aanbidden.
Het is een signaal van een falende islamitische en Arabische cultuur dat in het algemeen niet de nadruk legt op het leven, maar op de dood. Gehoorzaam Allah en je kunt jezelf na het leven in een paradijs terugvinden.
Wilt u niet gehoorzamen en Allah niet aanbidden dan is het hellevuur verzekerd.
Onderdeel van het programma om het eeuwige leven te bereiken, is door Allah te aanbidden en Hem boven al het andere te verheffen met inbegrip van uzelf, uw gezin, uw werk, uw gemeenschap en de vooruitgang der mensheid.


Vers 32:15 “Slechts die geloven in Onze tekenen zijn zij die zich met het gelaat ter aarde werpen en hun Heer verheerlijken met de lof die Hem toekomt, en die niet hoogmoedig zijn.”


De schrijvers van de koran waren geen Shakespeare. Maar de bedoeling is duidelijk. Nederigheid in de Koran is niet hetzelfde als de Joods christelijke nederigheid en boetedoening. In de J-C cultuur is nederigheid onderdeel van een goed functionerend ”mens zijn” met als doel om begrippen als liefdadigheid, tolerantie en empathie tussen mensen onderling te verhogen.
De Koran en de islam hebben niets gemeen met de westerse JC idealen van nederigheid. Nederigheid in de Arabische en islamitische cultuur betekent onderwerping en aanbidding om de straf door het onkenbare en onaantastbare concept van de islam te ontlopen. Het is de angst bestraft te worden die een moslim 5 keer per dag doet kruipen, zingen tegen de maangod en vragen om liefde en vergeving. Het is niet iets van een geloof, maar van krankzinnigheid.

De Arabische obsessie met de dood komt in iedere soera voor, zoals ook in deze,


Vers 32:13 “Voorwaar ik zal de hel vullen met djinn en mensen samen.” 


en voor diegene die niet voldoende moslim zijn,


Vers 32:14 “.. .u proef de straf der eeuwigheid voor uw [slechte] daden.”


Het kwaad in de islamitische cultuur betekent elke beslissingen die niet aan Allah is gewijd of elke stap die de wet van de Koran niet volgt. Degenen die Allah niet aanbidden zullen door duivels worden gekweld.
Arabische Djinn zijn kleine demonen en ongeveer 5.000 jaar voorafgaand aan het geraaskal van Mohammed, ‘geschapen’ door de pre-islamitische Arabische maancult.
En zogenaamd geproduceerd door de god om mensen te foltering en de ongelovigen weg te leiden van het ware pad naar het eeuwige leven.
Djinn zijn dus het ruwe equivalent van demonen verbonden aan de Joods christelijke cultuur.
Belangrijker voor moslims is het geloof dat afdwalen van de “sharia” of het pad van de islam, de dood betekent.
Degenen die iets anders vereren buiten de islam, moeten worden vernietigd:


Vers 32:26 “Komen zij niet tot inzicht (door het feit) dat Wij vele generaties die hen voorgingen, hebben vernietigd? Daarin zijn zeker tekenen. Willen zij dan niet luisteren?


‘Zij’ verwijst uiteraard naar de Joden.
Onder auspiciën van Allah hebben moslims de morele en ‘religieuze’ plicht voor het uitroeien van niet-moslims. ‘Tekenen’, waaronder alle natuurlijke fenomenen, zijn aanwijzingen van Allah’s grootheid en macht.
Als deze ’tekens’ genegeerd worden, moet volgens Allah’s alwetendheid, de ongelovige gecorrigeerd, bekeerd of gedood worden,


Vers 32:27 “Hebben zij niet gezien dat Wij het water naar het droge land voeren en daardoor oogsten voortbrengen waarvan zij en hun vee eten? Willen zij dan niet inzien?


Dus alles is door Allah gemaakt. En daarom moet u naar de grond, kruipen in het stof en ‘Hem’ of ‘Het’ aanbidden. Een systeem van logica, humanisme en compassie is de Koran niet.
Waarom zouden mensen dergelijke onzin geloven? Waarom wordt deze bizarre wartaal geïnterpreteerd als een religie? Misschien weet alleen ‘Allah’ het.