We hebben te maken met problemen die zich wereldwijd voordoen en die overal tot geweld of dreiging met geweld leiden. Het debat is niet meer te onderdrukken. We praten. Soms te luid, soms te fel, en daar maak ik me in mijn enthousiasme soms ook schuldig aan. Maar wat is fatsoen? De deelnemers aan het publieke debat met de dood bedreigen, is dat fatsoenlijk? Er staan steeds meer mensen op die het aandurven te zeggen wat veel moslims voor zichzelf houden, namelijk dat ze ex-moslim zijn. Ik durf de stelling aan dat 90 procent van de moslims in Nederland niet eens de kaft van de Koran gezien heeft, laat staan de inhoud. Zij weten niet wat er nou precies in de Koran staat. En dat is maar goed ook, denk ik – of moet ik dit nu juist niet zeggen? Veel moslims gaan naar de plaatselijke imam voor advies: ‘Beste imam, ik ben bevriend met een afvallige moslim. Mag ik met hem omgaan?’ De imam antwoordt dan: ‘Beste jongen, je klinkt als een verdwaalde geit. Moge Allah jou de wijsheid geven om te weten dat dat natuurlijk niet mag. Afvalligheid is een zonde. Net als een vrouw zonder hoofddoek.’
Mijn doel is niet verdeeldheid te creëren in de samenleving. Ik wil problemen aankaarten die werkelijk spelen. Ik lees dagelijks honderden mails van mensen die bedreigd, geïntimideerd en uitgestoten worden. Elke dag. Honderden. Ik ken de realiteit. En daar wil ik iets aan doen. Niet om verdeeldheid te zaaien, maar om mensen met een vergelijkbare achtergrond te helpen integreren in de moderne westerse samenleving, en deze samenleving is vrijer, rijker en rechtvaardiger dan de samenlevingen die mensen zoals ik achterlieten. Men zegt dat ik over de rug van moslims carrière probeer te maken. Ik weet niet of ik iemand een carrière moet aanraden waarvan het hoogtepunt bestaat uit salafistische doodsbedreigingen. Maakt Marianne Thieme met haar Partij voor de Dieren carrière over de rug van dieren? En is het een schande dat GroenLinks populair is geworden over de rug van het milieu?
Wat is het alternatief? Zwijgen over de problemen in de islamitische gemeenschap? Zwijgen over de 600 islamitische vrouwen in Leidschendam-Voorburg die het daglicht niet zien omdat zij opgesloten in hun huis zitten? Zwijgen over de homoseksuelen die dagelijks te maken hebben met bedreigingen en geslagen worden door Marokkaans-Nederlandse moslims? Zwijgen over de moslims die hun geloof willen verlaten, maar dat niet durven omdat zij bedreigd en geïntimideerd worden? Zwijgen over de 6 procent van alle moslims – dat zijn er 60.000! – die afvalligen geweld willen aandoen?
Wat ik betreur, is dat deze partij met haar overweldigende geschiedenis van emancipatie en vooruitgangsdenken, de Partij van de Arbeid, zich als partij niet durft uit te spreken over de dagelijkse gewelddadigheid in de islamitische gemeenschap. De terreur van alledag die meisjes en vrouwen voor de rest van hun leven met trauma’s belast. De terreur van alledag die individuen bijbrengt dat haat tegen ongelovigen door Allah beloond wordt. De terreur van alledag die van jongens verongelijkte vechtmachines maakt. Ik respecteer de minister van Integratie, maar ik begrijp niet dat zij miljoenen euro’s wil investeren om een positief beeld van de islam te verspreiden. Dit is de naïviteit ten top. Investeer in de waarheid, in de feiten, in de werkelijkheid van de alledaagse terreur achter de voordeuren, in de slaapkamers, in de keukens.
De man wiens naam ik hier niet kan noemen (Geert Wilders) en ik hebben dezelfde visie op de problemen in de islamitische samenleving. Maar wij staan een totaal andere aanpak van die problemen voor. Wilders wil de Koran verbieden. Wilders wil stimuleren dat moslims het land verlaten. Deze ideeën zijn naar mijn inzicht onconstitutioneel en keren zich dus tegen de vrijheid van religie. Maar ik verdedig de vrijheid van Wilders om zijn ideeën te verkondigen. Anders dan Wilders, wil ik moslims binnen de grenzen van de Grondwet binden aan Nederland, zonder de gewelddadige dreiging van de radicale islam te verdoezelen.
Als wij de problemen in de islamitische gemeenschap als feit accepteren, is de helft van de weg al afgelegd. Het gaat er nu om die problemen te bestrijden. Samen met u wil ik concrete oplossingen vinden. Niemand heeft de waarheid in pacht. We moeten hier met ons allen aan werken. Het gevaar van de radicale islam mogen we niet wegpoetsen. Dat zou een suïcidale vorm van wegkijken zijn.