Onderstaande koran teksten maken duidelijk:
dat ten aanzien van niet-moslims; haat, uitsluiting, geweld, strijd, intolerantie, dreigementen, wraak en [volkeren]moord, centrale en onmisbare beginselen van de islam zijn.
dat islam een expansieve politieke ideologie is; permanente in staat van een ideologische strijd of gewapende vrede met niet-
islamitische beschavingen, culturen of individuen.
dat als culturen en individuen zich niet onderwerpen aan islamitisch bestuur; zij zich in een staat van rebellie tegen Allah
bevinden, die uiteindelijk gedwongen moeten worden zich te onderwerpen.
dat de koran een ideologie van ongelijkheid propageert [wat thans als racistisch kan worden aangemerkt].
Soera 2
â– Ongelovigen niet waarschuwen, Allah heeft hen verblind. Hen wacht de hel. 6-7
â– Ongelovigen hebben een ziekte, Allah heeft dat verergert. De hel zal hen treffen. 10
â– Ongelovigen zaaien verderf op aarde, dus wees waakzaam.12
â– Ongelovigen willen geen leiding van Allah, zij willen dwalen. 16
â– Ongelovigen moeten op de brandstapel, met mensen en stenen als brandstof. 24
â– Ongelovigen zijn als satan, beide geloven niet in Allah. 34
â– Ongelovigen zullen worden verbrand. 39
â– Ongelovigen [joden] zijn verachte apen. 65
â– Ongelovigen houden meer van het leven dan van Allah, zij gaan naar de hel. 86
â– Ongelovigen moeten verslagen worden, op hen rust de vloek van Allah. 89
â– Ongelovigen wensen de hemel niet. Zij zijn schuldig. 95
â– Ongelovigen [Joden] begeren het leven, dus hun straf wordt niet verwijdert . 96
■Ongelovigen! De engelen Gabriël en Michaël zijn moslims. 98
â– Ongelovigen volgen de weg van de duivel. 102
â– Ongelovigen zijn een schande en gaan naar een helse hel. 114
â– Ongelovigen zijn veroordeeld tot de ondergang, zonder strafverlichting. 162
â– Ongelovigen zijn doof, stom en blind, zij begrijpen dus niet. 171
■Ongelovigen die de geschriften van Allah verbergen gaan naar de hel. 174
â– Ongelovigen hebben een ziekte in hun hart. 210
â– Ongelovigen zijn veroordeelt tot oorlog, zoals door Allah bevolen. 216
â– Ongelovigen die sterven zullen voor eeuwig in het vuur branden. 217
â– Ongelovigen vereren valse goden. 257
â– Ongelovigen leven zonder bescherming van Allah. 264
â– Ongelovigen zijn een volk dat verslagen moet worden. 286
Soera  3
■Ongelovigen geloven niet in de openbaringen van Allah, hen wacht een zwaar lot. 4
■Ongelovigen zijn brandhout voor het hel. 10
â– Ongelovigen worden overwonnen en verzameld in de hel. 12
â– Ongelovigen die Allah ontkennen, daar wordt mee afgerekend 19
â– Ongelovigen leiden een leven waar je in het hiernamaals niets aan hebt. 22
â– Ongelovigen mogen geen vrienden zijn van gelovigen. 28
â– Ongelovigen zijn vies. 38
â– Ongelovigen! Wie niet gelooft krijgt een vreselijke straf in zijn leven. 56
â– Ongelovigen zijn onheil stichters. 63
â– Ongelovigen! Gebuikt je verstand en redetwist niet [over de islam]. 65
â– Ongelovigen! Redetwist niet over zaken waar jullie geen kennis van hebben. 66
â– Ongelovigen dwalen, zonder het te merken. 69
â– Ongelovigen mengen waarheid met valsheid. 71
â– Ongelovigen worden vervloekt door Allah, de engelen en de mensheid. 87
â– Ongelovigen blijven voor eeuwig in de hel, zonder strafverlichting. 88
â– Ongelovigen kunnen met geld geen plek in de hemel kopen. 91
â– Ongelovigen zullen op de Dag hun gezichten verbrand hebben. 105-6
â– Ongelovigen! Rijkdom zal je niet redden. De hel is uw bestemming. 116
â– Ongelovigen willen u ruĂŻneren. Neem hen niet tot intieme vrienden. 118
â– Ongelovigen treuren als de gelovige iets goeds overkomt. 120
â– Ongelovigen lachen als de gelovige iets kwaads overkomt. 120
â– Ongelovigen! Hou van Allah en jullie zonden worden vergeven . 131
â– Ongelovigen zullen worden geterroriseerd. 151
â– Ongelovigen die gaan geloven, ontsnappen aan de dood. 168
â– Ongelovigen zijn niet schadelijk voor Allah, hen wacht een pijnlijk lot. 177
â– Ongelovigen zeiden: “Allah is arm en wij zijn rijk.” Wij zullen hen dus doden. 181
Soera 4
■Ongelovigen krijgen een pijnlijke straf. 18
â– Ongelovigen zijn in overtreding vanwege ongeloof. 34
â– Ongelovigen zijn gierig daarom hebben wij een beschamend lot voor hen. 37
â– Ongelovigen hebben satan als metgezel. 38
â– Ongelovigen! Jullie gezichten zullen worden verminkt/vernietigt/gewist. 47
â– Ongelovigen geloven in afgoden en duivelen [joden en christenen]. 51
â– Ongelovigen zijn vervloekt. En buiten Allah vinden zij nooit een helper. 52
â– Ongelovigen! Satan laat jullie dwalen. 60
â– Ongelovigen zullen voor eeuwig gepijnigd worden met vuur. 56
â– Ongelovigen strijden voor de boze, als vrienden van Satan. 76
â– Ongelovigen! Als Mohammed u straft, weet dan; alles komt van Allah. 78
â– Ongelovigen zijn een vijandig gezind volk. 92
â– Ongelovigen zijn een openlijke vijand voor u. 101
â– Ongelovigen! Jullie zullen nooit zegevieren over de gelovigen. 141
â– Ongelovigen verdienen een pijnlijke afrekening. 161
Soera 5
â– Ongelovigen die de islam negeren zijn de verliezers in het vuur. 5
â– Ongelovigen horen in de hel. 10
â– Ongelovigen die oorlog voeren tegen Allah worden gedood of gekruisigd. 36
â– Ongelovigen die uit de hel willen komen, zullen dat niet mogen. 37
â– Ongelovigen [joden] hebben geen rein hart en luisteren gretig naar leugens.41
â– Ongelovigen zijn schuldig aan ongeloof. 45
â– Ongelovigen zijn in overtreding, zijn zondaren. 47
â– Ongelovigen zijn elkanders vrienden. 51
â– Ongelovigen hebben een ziekte. 52
â– Ongelovigen zijn de verliezers [de hel] want hun daden doen geen deugd. 53
â– Ongelovigen zijn spotters tegen de islam, neem hen niet als medestanders. 57
â– Ongelovigen begrijpen de islam niet. 58
â– Ongelovigen [joden] zijn apen, zwijnen en duivelsdienaren. 60
â– Ongelovigen gebruiken zondige woorden en eten zondig voedsel. 63
â– Ongelovigen [joden] zijn verderfzaaiers. Allah houdt niet van hen. 64
â– Ongelovigen zijn slecht. 66
â– Ongelovigen worden niet geleid. 67
â– Ongelovigen zijn geen traan waardig. 68
â– Ongelovigen verzinnen leugens over Allah. 103
Soera 6
â– Ongelovigen worden vernietigt. 6
â– Ongelovigen plegen afgoderij. 22
â– Ongelovigen zijn leugenaars. 28
â– Ongelovigen zijn doof, stom, in duisternis en dwalend. 39
â– Ongelovigen zijn onrechtvaardig en worden vernietigt. 47
â– Ongelovigen zijn ongehoorzaam. 49
â– Ongelovigen zijn blinden en niet gelijk aan zienden [gelovigen]. 50
â– Ongelovigen volgen het pad der schuldigen. 55
â– Ongelovigen hebben boze neigingen en zijn dwalende. 56
â– Ongelovigen in de hel, worden verplicht kokend water te drinken als straf. 70
â– Ongelovigen beschouwen afgoden als goden. 74
â– Ongelovigen die sterven, worden door engelen vernederd. 93
â– Ongelovigen zijn onwetend. 108
â– Ongelovigen laten Wij dwalen. 110
â– Ongelovigen geloven zonder te weten. 116
â– Ongelovigen slagen nooit. [de hemel te bereiken] 135
Soera 7
■Ongelovigen zijn in de nacht of middagslaap aangevallen, hun dorpen vernietigd. 4-5
â– Ongelovigen! Wij hebben van satan, jullie bondgenoot gemaakt. 27
â– Ongelovigen kiezen als bescherming, bevriende duivelen. 30
â– Ongelovigen! Jullie tegenspoed komt van Allah. 31
â– Ongelovigen zijn de rechtmatige eigenaren van het vuur. 36
â– Ongelovigen zullen de hel binnengegaan. 38
â– Ongelovigen wenden zich hoogmoedig af van Onze tekenen.40
â– Ongelovigen worden uitgesloten van de hemel/paradijs. 40
â– Ongelovigen zeiden; ”Mohammed is een dwaas, een leugenaar.” 66
â– Ongelovigen worden gedood, gelovigen worden gered. 72
â– Ongelovigen wanen zich veilig voor Allah. 99
â– Ongelovigen! Jullie aanbidden valsheid, wat zal worden vernietigd. 139
â– Ongelovigen [joden] zijn verachte apen. 166
â– Ongelovigen die Mohammeds openbaring ontkennen, zijn slecht. 177
â– Ongelovigen hebben oren en ogen maar zijn doof en blind. 179
â– Ongelovigen zijn achteloos. Erger dan dwalend vee. 179
â– Ongelovigen hebben geen gids. Zwerven als blinden. 186
Soera 8
â– Ongelovigen die redetwisten zijn schuldig en mogen dood. 6-8
â– Ongelovigen zullen door het vuur gepijnigd worden. 14
â– Ongelovigen zeggen te horen, maar zijn doof. 21
â– Ongelovigen zijn erger dan beesten. 22
â– Ongelovigen zijn de doven en stommen die het begrijpen. 22
â– Ongelovigen maken plannen tegen gelovigen, maar Allah is slimmer. 30
â– Ongelovigen vinden de openbaringen, fabelen uit oude tijden. 31
■Ongelovigen mogen moskeeën niet bewaken. 34
â– Ongelovigen doen het gebed in de Kaaba enkel met fluiten en klappen. 35
â– Ongelovigen krijgen daarom straf vanwege het verwerpen van Allah. 35
â– Ongelovigen betalen anderen, om hen van Allah te doen afkeren. 36
â– Ongelovigen die tot geloof komen, zullen worden vergeven. 38
■Ongelovigen krijgen slaag van engelen die zeggen: “Onderga straf in de hel.” 50
â– Ongelovigen die onze tekenen verwerpen zijn zondig en strafbaar. 52
â– Ongelovige volkeren als van de Farao, verdronken Wij om hun ongeloof. 54
â– Ongelovigen die de islam verwerpen zijn erger dan beesten. 55
â– Ongelovigen moeten niet denken dat zij zullen ontkomen. 59
â– Ongelovigen zijn niet intelligent, daarom winnen gelovigen makkelijk van hen. 65
â– Ongelovigen werden gevangen, nadat de profeet een slachting had aangebracht. 67
â– Ongelovigen zijn vrienden van elkaar, dat betekent onheil en verderf. 73
Soera 9
â– Ongelovige! Toon spijt voor uw ongeloof, want aan Allah kunt u niet ontsnappen. 3
â– Ongelovigen wenden gelovigen van hun pad af, slecht is hetgeen zij doen. 9
â– Ongelovigen zijn overtreders. 10
â– Ongelovigen die zich bekeren, worden broeders in het geloof. 11
â– Ongelovigen! Allah zal jullie vernederen met de handen van gelovigen. 14
â– Ongelovigen mogen de moskee niet onderhouden. 17
â– Ongelovigen zijn onrein. 28
â– Ongelovigen die tegen Allah en Zijn boodschapper zijn, zullen branden in de hel. 63
â– Ongelovigen en huichelaars krijgen de beloofde hel. Allah vervloekt hen. 68
â– Ongelovigen en huichelaars moeten bestreden worden. Ze gaan naar de hel. 73
■Ongelovigen zijn onrein en hun huis is de hel, als vergelding voor wat zij deden. 95
â– Ongelovigen zijn leugenaars. 107
â– Ongelovigen zijn ziek en onrein, en zullen sterven als ongelovige. 125
â– Ongelovigen zijn een volk dat niet wil begrijpen. 127
Soera 10
■Ongelovigen zeiden: “Voorzeker, Mohammed is een charlatan.” 2
â– Ongelovigen zijn als criminelen. Schuldige volkeren worden vernietigt. 13
â– Ongelovigen krijgen in de hel een kokend drankje en een pijnlijk lot. 4
â– Ongelovigen verdienen de hel daar zij meer van het leven houden dan van Allah. 7-8
â– Ongelovigen bidden tot iets wat hen kan baten noch schaden. 18
â– Ongelovigen lieten Wij verdrinken. 70
â– Ongelovigen zijn een misdadig volk. 75
â– Ongelovigen genieten van het leven, tot de straf komt vanwege hun ongeloof. 70
â– Ongelovigen behoren tot ongehoorzame onruststokers. 91
â– Ongelovigen die zich bekeren, verwijderden Wij de straf der schande. 98
â– Ongelovigen verwerven onreinheid omdat zij hun verstand niet gebruiken. 100
â– Ongelovigen dwalen en is slecht voor hun ziel. 108
Soera 11
â– Ongelovigen! Bekeer u tot Allah, anders komt u waarschijnlijk in de hel. 3
â– Ongelovigen verbergen hun vijandschap, maar Allah kent hun innerlijk. 5
â– Ongelovigen die spotten komen aan de beurt, op de Dag des Oordeels. 8
â– Ongelovigen genieten van het leven en komen daarom in de hel. 15-16
â– Ongelovigen die Allah verwerpen, willen in het vuur eindigen. 17
â– Ongelovigen die leugens over Allah smeden, zijn vervloekt. 18
â– Ongelovigen die moslims van het pad afleiden kunnen hun straf niet ontlopen. 19-22
â– Ongelovigen zijn blind en doof en daarom niet gelijk aan gelovigen. 24
â– Ongelovigen zeiden;‘U doet nergens in uitmunten, u bent geen profeet.’ 27
â– Ongelovigen zeiden; ‘U heeft geen volgers, behalve de armen en onnozelen’. 27
â– Ongelovigen zijn onwetend. 29
â– Ongelovigen! Wie niet gelooft verzint slechts leugens. 50
â– Ongelovige volkeren zijn vervloekt. 60
â– Ongelovigen zijn vijandig jegens Allah en kunnen worden vervangen. 89
â– Ongelovigen zijn het treuren niet waard. 36
â– Ongelovigen! Zoek vergiffenis tot Allah en bekeer u tot Hem. 90
â– Ongelovigen verwerpen Allah als zijnde waardeloos. 92
â– Ongelovigen beseffen weldra wie hier liegt en schuldig zijn. 93
â– Ongelovigen werden gegrepen en zij lagen (dood) ter aarde in hun huizen. 94
â– Ongelovige volkeren zijn vervloekt. 95
â– Ongelovigen doen enkel hunzelf onrecht aan door het aanbidden van afgoden. 101
â– Ongelovigen zullen in de hel zuchten en kreunen. 106
Soera 12
â– Ongelovigen slagen nooit [de hemel te bereiken]. 23
â– Ongelovigen wanhopen aan Allah’s barmhartigheid. 87
â– Ongelovig zijn, is een misdaad. De straf daarvoor kan niet worden afgewend. 110
â– Ongelovigen geloven niet, wanneer Wij de waarheid spreken. 17
â– Ongelovigen zijn vervloekt. 44
â– Ongelovigen! Aanbid enkel Allah, de rest zijn leugens. 50
Soera 13
â– Ongelovigen hebben in de hel, kettingen om hun hals. 5
â– Ongelovigen aanbidden tot iets, wat niet verhoord zal worden. 14
â– Ongelovigen zijn blind. 19
â– Ongelovigen worden onophoudelijk door rampen getroffen vanwege ongeloof. 31
â– Ongelovigen die zelfs bergen zien splijten of doden horen spreken, bekeren niet. 31
â– Ongelovigen die bespotten kregen uitstel, daarna grepen Wij hen. 3
â– Ongelovigen zijn hoogmoedig. 13
â– Ongelovigen die de oproep van Allah niet beantwoorden, gaan naar de hel. 18
â– Ongelovigen worden op aarde gepijnigd. In de hel is de straf zwaarder. 33-34
■Ongelovigen zien niet dat Wij hun buitengrenzen verkleinen. 41
â– Ongelovigen zeiden: “Gij zijt geen profeet.” 42
Soera 14
â– Ongelovigen die de islam krom wensen zijn afgedwaald en worden streng gestraft. 2
â– Ongelovigen leven in duisternis. 5
â– Ongelovige zeiden;‘Gij zijt slechts mensen zoals wij, breng bewijs als tegendeel.’ 10
â– Ongelovigen worden vernietigt en vervangen. 13-14
â– Ongelovigen komen in de hel en gedwongen kokend water te drinken. 16
â– Ongelovigen in de hel; de dood komt van alle kanten maar zij sterven net niet. 17
â– Ongelovigen verrichten daden teruggebracht tot as, vervlogen in een storm. 18
â– Ongelovigen zijn ondankbaar en brengen hun volk naar de ondergang. 28
â– Ongelovigen zullen branden. De hel is een vreselijk verblijf. 29
â– Ongelovigen vermaken zich op aarde maar daarna wacht de hel. 30
â– Ongelovigen zijn zeer onrechtvaardig en ondankbaar [naar hun schepper]. 34
â– Ongelovigen! Op de Dag van kastijding komt uw bekering te laat. 44
â– Ongelovigen die plannen beramen. Deze plannen liggen bij Allah. 46
â– Ongelovigen zullen op de Dag aan kettingen geketend worden. 49
â– Ongelovigen in het vuur zullen verbrandingen oplopen. 50
Soera 15
â– Ongelovigen wensen dikwijls dat zij moslims waren. 2
â– Ongelovigen laten Wij eten en genieten, maar weldra zullen zij het merken. 3
â– Ongelovigen zeiden: breng ons dan engelen als zij waarachtig zijt. 7
â– Ongelovigen zwerven in hun bedwelming blindelings rond. 72
â– Ongelovigen beveiligen zich, maar het zal hun niet baten. 81-84
â– Ongelovigen die andere goden met Allah identificeren, zullen het weldra merken. 96
Soera 16
â– Ongelovigen zijn hoogmoedig. Trots op hun ongeloof. 22
â– Ongelovigen zijn het kwaad – voor eeuwig naar de hel. 27-29
â– Ongelovigen wachten op de engelen die hun zielen wegnemen: naar de hel. 33
â– Ongelovigen zijn leugenaars. 39
â– Ongelovigen zijn onheil stichters. 88
â– Ongelovigen die tegen de islam zijn, ontvangen een verschrikkelijk sanctie. 94
â– Ongelovigen zeiden;’Die openbaringen zijn fabelen uit oude tijden’. 24
â– Ongelovigen zullen op de Dag hun last van ongeloof moeten dragen. 25
â– Ongelovigen zullen op de Dag, schande en kwelling ervaren. 27
â– Ongelovigen gaan de poorten van de hel binnen. Het huis der hooghartige. 29
â– Ongelovigen doen zichzelf onrecht aan. Allah zal zijn gebod tegen hen uitvoeren. 33
â– Ongelovigen zeiden:’Als Allah het zo had gewild, dan hadden wij geloofd.’ 35
â– Ongelovigen! Reis over de wereld en zie hoe het einde was van de ontkenners. 36
â– Ongelovigen zijn leugenaars. 39
â– Ongelovigen zijn het kwaad, omdat zij niet geloven. 60
â– Ongelovigen hebben satan als vriend. 63
â– Ongelovigen bidden tot iets wat niet hun levensonderhoud bepaalt. 73
â– Ongelovigen die anderen van de islam afhouden worden gestraft. Stichten onheil. 88
â– Ongelovige zeiden: Hij is een leugenaar [want hij verving zijn openbaringen] 101
â– Ongelovigen zijn leugenaars. 105
Soera 17
â– Ongelovigen dwalen alleen tegen zichzelf. 15
â– Ongelovige steden vragen wij te gaan geloven. Bij weigering.., vernietiging. 16
â– Ongelovigen! Hoeveel generaties hebben wij na Noach vernietigt? 17
â– Ongelovigen die het leven boven Allah verkiezen, in de hel vernedert/verstoten. 18
â– Ongelovige! Allah kent u. Dus wie in waarheid bekeert, uw zonden vervallen. 25
â– Ongelovigen zijn dermate doof gemaakt, dat zij de islam niet kunnen begrijpen. 46
â– Ongelovig zijn degene die verkwisten, bijgevolg zijn zij broeders van de duivel. 27
â– Ongelovigen zeiden;”Gij volgt slechts een behekst persoon.” 47
â– Ongelovigen zijn zelf afgedwaald en kunnen de waarheid niet meer vinden. 48
â– Ongelovigen kunnen door Allah, met rampen [dodelijk] worden gestraft. 68
â– Ongelovigen zijn blind op aarde, zo ook in het hiernamaals. 72
â– Ongelovigen! Voorwaar, [jullie] valsheid gaat ten onder. 81
â– Ongelovigen zeiden; ‘Wij geloven pas als u een bron uit de aarde laat stromen.’ 90
â– Ongelovigen zeiden; ‘Wij geloven pas als u stukken van de hemel laat vallen.’ 92
â– Ongelovigen zeiden; ‘Wij geloven pas als u Allah en engelen naar ons brengt.’ 92
â– Ongelovigen zeiden; ‘Wij geloven pas als u een huis van goud hebt.’ 93
Soera 18
â– Ongelovigen zijn het meest onrechtvaardig als zij leugens over Allah verzinnen.15
â– Ongelovigen zijn boosdoeners. 29
â– Ongelovigen zullen in de hel worden begoten met water als gesmolten lood. 29
 soera 18: De grot

Koran 18-29 Wij hebben voor de boosdoeners een vuur bereid, welks omheining hen zal insluiten.
â– Ongelovigen die veroordeeld zijn tot de hel weten niet te ontsnappen. 53
â– Ongelovigen hebben een vastgestelde tijd zodat ontsnappen niet mogelijk is. 58
■Ongelovigen die spotten over Allah en Zijn profeten gaan naar de hel. 106
â– Ongelovigen twisten met leugens om de openbaringen te niet te doen. 56
â– Ongelovigen plegen onrecht. Wij vernietigen hun steden. 59
â– Ongelovigen wier streven gericht is op het leven dezer wereld, bereiken niets. 104
â– Ongelovigen zien hun arbeid op aarde verloren gaan, omdat zij niet geloven. 105
Soera 19: Maria
â– Ongelovigen werden al eerder vernietigt, ongeacht hun pracht en praal. 74
â– Ongelovigen! Het was Allah die Johannes wijsheid schonk. 12
â– Ongelovigen! Jezus werd geleid door Allah. 30
■Ongelovigen! Aäron, Abraham, Isaak, Ismaël werden geleid door Allah. 54,51,47
â– Ongelovigen! Mozes en Jacob werden geleid door Allah. 49,51
â– Ongelovigen! De aarde met alles erop behoort aan Ons. Wij zullen het opeisen. 40
â– Ongelovigen! Jullie hebben geen goden die over macht beschikken. 81
â– Ongelovigen! Wij hebben de duivelen op jullie losgelaten. 83
â– Ongelovigen die zeggen dat de Heer een zoon heeft is beledigend. 88-89
â– Ongelovigen werden al eerder vernietigt, en verdwenen in het geheel. 98
Soera 20: Ta Ha.
â– Ongelovigen krijgen in het hiernamaals de woede over zich. 127
â– Ongelovigen zeiden; ‘Zij willen ons, uit ons land verdrijven.’ 63
â– Ongelovigen zeiden; ‘Zij willen onze schone cultuur vernietigen.’ 63
â– Ongelovigen worden op de Dag het licht uit hun ogen ontnomen. 102
â– Ongelovigen zullen op de Dag als schuldigen verloren gaan. 111
■Ongelovigen negeren Allah. Dus op de Dag zullen wij hén negeren. 126
â– Ongelovigen! Wij hebben al eerder generaties vernietigt. Duidelijk? 128
â– Ongelovigen hadden spijt, toen zij vernedert en onteerd werden. 134
Soera 21
â– Ongelovigen zullen met hun verbrandingen geen verzorging krijgen. 39-40
â– Ongelovigen zullen nog schrikken, wat Allah voor hen in petto heeft. 97-99
â– Ongelovigen zeiden; ‘Hij heeft dit verzonnen.’ 5
â– Ongelovigen zeiden; ‘Laat hij ons een teken geven zoals de vroegere profeten.’ 5
â– Ongelovigen! Weten jullie dat Wij steden van ongeloof vernietigen? 6
â– Ongelovigen kennen de waarheid niet en zijn er afkerig van. 24
â– Ongelovigen! U zult verbijstert zijn hoe onverwacht snel u in de hel kunt belanden.40
â– Ongelovigen hebben geen goden die hen kunnen beschermen. 43
â– Ongelovigen! Wij zullen uw grenzen verkleinen. Zal u dan overwinnen? 44
â– Ongelovigen horen de waarschuwingen niet. Zij zijn doof. 45
â– Ongelovige zeiden; “Hebt gij de waarheid gebracht, of speelt gij slechts met ons.” 55
â– Ongelovigen zijn slechte mensen. Wij hebben hen laten verdrinken. 77
â– Ongelovigen hebben een gebiedsverbod, waar zij eerder waren vernietigt. 95
â– Ongelovigen zijn brandstof voor de hel. 98
Soera 22
â– Ongelovigen worden soms door de duivel naar de hel begeleid. 3-4
â– Ongelovigen in gewaden van vuur met over hun hoofden, kokend water gegoten. 19
â– Ongelovigen zullen daardoor hun ingewanden en huid verteerd zien worden. 20
â– Ongelovigen worden gemarteld met ijzeren roeden of haken. 21
â– Ongelovigen krijgen de sarcastisch opmerking: ”Beleef de ondergang in de hel.” 22
â– Ongelovigen die de openbaringen van Allah negeren, gaan naar de hel. 51
â– Ongelovigen die zich afwenden van de islam, ondergaan een vernederende straf. 57
â– Ongelovigen die met u redetwisten, zeg dan: “Allah weet het beste wat gij doet.” 68
â– Ongelovigen aanbidden afgoden. Zij bedrijven het kwaad en hebben geen helper. 71
â– Ongelovigen bidden tot iets dat zelfs geen vlieg kan scheppen. 73
Soera 23
â– Ongelovig volk van Noach zeiden: Hij [Mohammed] is bezeten. 25
â– Ongelovige zeide: Hij is slechts een mens dus wie hem gehoorzaamt is verloren. 33/34
â– Ongelovigen zeiden: ‘Mohammed is een gewoon mens. Hij verzint leugens.’ 38
â– Ongelovigen zullen spijt krijgen voor hun ongeloof. 40
â– Ongelovigen werden gegrepen door een storm en Wij maakten wrakhout van hen. 41
â– Ongelovigen zijn vervloekt en worden vervangen door generaties gelovigen. 41+42
â– Ongelovigen die niet in de hemel geloven ontvangen extreme straffen. 74-77
â– Ongelovigen in de hel zullen treuren vanwege hun verbrande gezichten. 104
â– Ongelovigen willen niet geloven, daarom zijn zij vervloekt. 44
â– Ongelovigen als de Farao en zijn bevelhebbers werden vernietigt. 46/48
â– Ongelovigen kunnen leven in weelde en ongeloof, tot Wij hen grijpen. 64
â– Ongelovigen praten in dwaze hoogmoedigheid over de islam. 67
â– Ongelovigen zeiden; Hij [Mohammed] is geestesziek. 70
â– Ongelovigen dwalen. 74
â– Ongelovigen kregen oren, ogen en een hart, doch zij tonen weinig dank. 74
â– Ongelovigen zijn leugenaars indien zij Allah ontkennen. 90
â– Ongelovigen zeiden;‘Onze voorouders hoorde dezelfde fabelen uit oude tijden’. 83
â– Ongelovigen slagen nooit, hun vergelding ligt bij de Heer. 117
Soera 24
â– Ongelovigen bereiken welvaart maar deze zijn voor Allah niets waard. 39
â– Ongelovigen leven in diepe duisternis, Allah geeft hen geen licht. 40
â– Ongelovigen zijn onrechtvaardig, Allah is rechtvaardig. 50
â– Ongelovigen! Denk niet op aarde te kunnen ontsnappen, jullie thuis is de hel. 57
Soera 25
â– Ongelovigen die de ‘dag des oordeels’ ontkennen, worden geketend en verbrand.11
â– Ongelovigen in de hel, aan elkaar geketend, zullen bidden voor hun eigen dood. 13
â– Ongelovigen roepen in de hel voor hun eigen vernietiging. 14
â– Ongelovigen zullen spijt hebben voor hun ongeloof op de ‘dag des oordeels’. 27
â– Ongelovigen die Mohammeds openbaringen ontkennen zullen worden vernietigd. 36
â– Ongelovigen bidden tot goden die niets kunnen scheppen, noch geschapen zijn. 3
â– Ongelovigen danken goden die geen macht hebben over leven/dood/goed/kwaad. 3
â– Ongelovigen zeiden; Mohammed vertelt niets anders dan leugens. 4
â– Ongelovigen zeiden; Hij laat deze fabelen eerst opschrijven en later verkondigen. 5
â– Ongelovigen zeiden; ‘Gij volgt slechts een behekst persoon.’ 8
â– Ongelovigen zeiden; ‘Wat is dit voor profeet die voedsel eet en op straat wandelt. 7
â– Ongelovigen zeiden; ‘Waarom heeft hij geen engel om mee te preken.7
â– Ongelovigen zijn dus verdwaald en kunnen het rechte pad niet vinden. 9
â– Ongelovigen kunnen de hel in de verte al zien woeden en razen. 12
â– Ongelovigen worden aan elkaar geketend, in de hel geworpen.13
â– Ongelovigen! Wat is beter. De brandende hel, of de tuinen der eeuwigheid. 15
â– Ongelovigen die eerst de engelen willen spreken zijn arrogant/onbeschaamd. 21
â– Ongelovigen zullen op de Dag, hun aardse inspanningen als stof zien verwaaien. 23
■Ongelovigen zeiden: waarom is de koran niet als één geheel neergezonden?
â– Ongelovigen zullen op de helse Dag zeggen; was ik maar gelovig geworden. 27
â– Ongelovig volk zoals van Noach, verdronken wij als voorbeeld voor het mensdom. 37
â– Ongelovige volkeren zoals ‘de Aad’ en de ‘Thamud’ vernietigde Wij ook. 38
â– Ongelovigen werden tevergeefs tekenen aangereikt, dus vernietigde Wij hen. 39
â– Ongelovigen zagen een vernietigde stad, als teken, maar zij bleven ongelovig. 40
â– Ongelovigen zeiden spottend; Is hij het? Die Allah als profeet heeft gezonden? 41
â– Ongelovigen zullen door onheil, vlot merken wie het meest is afgedwaald. 42
â– Ongelovigen zijn doof en begrijpen niet. Zelfs verder afgedwaald dan vee. 44
â– Ongelovigen zijn helpers van satan want partijdig tegen hun eigen schepper. 55
Soera 26
â– Ongelovigen! De hel zal worden onthult aan de dwalende. 91
â– Ongelovigen zullen met hun afgoden in de hel geworpen worden. 94
â– Ongelovigen zeiden; ‘Waarom u geloven als slechts de armoedige u volgen?’ 111
â– Ongelovigen zeiden; ‘Het maakt ons niet uit of gij wel of niet preekt.’ 136
â– Ongelovigen zeiden; ‘Dit dreigen met de hel is niets dan verzinsels der ouden. 137
â– Ongelovigen waren duidelijk. Zij ontkende Allah en werden dus gedood. 139
â– Ongelovig volk Samud werd met rust gelaten als zij zouden gaan geloven maar. 146
â– Ongelovig volk Samud uitte kritiek en dus werden zij ook vernietigt. 141/158
â– Ongelovig volk Lot deed aan homofilie en ook zij werden vernietigt. 160/172/173
â– Ongelovigen stichten onheil en beteren zich niet. 152
â– Ongelovig volk van Het Woud werd ook gevraagd om zich te bekeren. 177
â– Ongelovigen van Het Woud zeiden: U zijt behekst en een leugenaar. 185/186
â– Ongelovige van het woud zeide; Laat dan stukken van de hemel op ons vallen. 187
â– Ongelovig volk van Het Woud werd na deze kritiek ook vernietigt. 189
â– Ongelovigen zijn zondaars, leugenaars en van de duivel. 221/222
Soera27
â– Ongelovigen zeiden: het is duidelijke tovenarij [oplichting]. 13
â– Ongelovigen zijn dus onruststokers. Kijk hoe het einde van hen zal zijn. 14
â– Ongelovigen zeiden: Wij zien jullie als een slecht voorteken. En inderdaad.. 47
â– Ongelovigen werden vernietigt, de godvrezende werden gered. 51-53
Soera 28
â– Ongelovigen die minachting tonen, zijn boosdoeners, in de zee geworpen. 39/40
â– Ongelovigen volgen slechts hun eigen begeerten. 50
â– Ongelovigen volgen hun eigen neigingen, zij dolen zonder leiding. 50
â– Ongelovigen zullen op de Dag, geen uitvluchten vinden. 66
â– Ongelovigen die spijt hebben en oprecht geloven komen wellicht in de hemel. 67
â– Ongelovigen werden eerder vernietigt zonder te wijzen op hun fouten. 78
Soera 29
â– Ongelovigen die zeggen te geloven, liegen, en zullen niet aan ons ontsnappen. 2/5
â– Ongelovigen kunnen Allah’s plannen op aarde en in de hemel niet verijdelen. 22
â– Ongelovigen die niet in de openbaringen geloven, verdienen geen genade. 23
■Ongelovigen zijn onrechtvaardig omdat zij de openbaringen van Allah ontkennen. 49
■Ongelovigen die niet in de openbaringen van Allah geloven zijn verliezers. 52
â– Ongelovigen zullen plotseling de ondergang naar de hel ervaren. 53-55
â– Ongelovig volk van Lot werd vernietigt vanwege hun ongeloof, een misdaad. 31
â– Ongelovig volk de Medianieten werden door een aardbeving vernietigt. 37
â– Ongelovig volkeren als de Ad en Samoed werden ook vernietigt. 38
â– Ongelovigen! Satan houdt u weg van het geloof. 38
â– Ongelovigen als Korach, de Farao en Hamaan werden ook vernietigt. 39
â– Ongelovigen worden verrast met rukwinden, aardbevingen en verdrinkingen. 40
â– Ongelovigen handelen hoogmoedig maar kunnen aan [dood]straf niet ontkomen. 39
â– Ongelovigen zijn de ondankbaren die onze tekenen verwerpen. 47
â– Ongelovigen zijn de onrechtvaardige die onze tekenen afwijzen. 49
â– Ongelovigen die in hun eigen leugens geloven zijn de verliezers [in de hel]. 52
â– Ongelovigen! Vroeg of laat, uw straf komt onverwachts. 53
â– Ongelovigen! De hel [het vuur] zal u van alle kanten omringen. 54/55
â– Ongelovigen! Geen groter onrecht dan Allah ontkennen of over hem liegen. 68
â– Ongelovige! Om je heen worden mensen weggerukt. Geloven is zo gek nog niet. 67
Soera 30
â– Ongelovigen richten zich op de schijn van het leven, niet op de eeuwigheid. 7
â– Ongelovigen! Reis over de aarde zie hoe het einde was van eerdere ongelovigen. 9
â– Ongelovigen kunnen een land opbouwen, maar het zal hen niet baten. 9
â– Ongelovigen! Jullie einde was bitter. Die spotten en niet geloven, zijn vijandig. 10
â– Ongelovigen zijn schuldig. Zij zullen op de ‘dag des oordeels’ bang worden. 12
â– Ongelovigen kunnen op de Dag, door hun afgoden niet gered worden. 13
â– Ongelovigen volgen hun eigen neigingen zonder kennis. 29
â– Ongelovige. Reis op aarde en zie hoe het einde was van de meeste ongelovigen. 42
â– Ongelovigen! Kom tot geloof voordat de Dag komt. En u wordt gered. 43
â– Ongelovigen die het geloof verwerpen, het zal zich tegen hen keren. 44
â– Ongelovigen zijn verdwaalden. Zij zijn blind en doof voor het geloof. 53
â– Ongelovigen zullen op de Dag hun excuses en spijt niet aanvaardt zien. 57
â– Ongelovigen zeggen; ‘Gij zijt leugenaars’. 58
Soera 31
â– Ongelovigen die spotten, die gelovigen willen doen afdwalen, worden gestraft. 6
â– Ongelovigen die voor onze woorden doof zijn, verkondigen wij een straf. 7
â– Ongelovigen! Geloven in meerdere goden is afgoderij, een groot onrecht. 13
â– Ongelovigen zijn de trouwloze, de ondankbare [naar hun schepper]. 32
Soera 32
â– Ongelovigen zeggen: ‘Deze openbaringen zijn verzonnen.’ 3
â– Ongelovigen worden niet herboren daar zij niet geloven. 10
â– Ongelovigen zullen met djinn [duivelen] de hel vullen. 13
â– Ongelovigen komen thuis in de hel. 20
â– Ongelovigen krijgen eerst een lichtere straf als signaal zich te bekeren. 21
â– Ongelovigen die zich openlijk afwenden van de profetie zijn het meest schuldig. 22
â– Ongelovigen! Op de ‘dag des oordeels’ zal uw eigen geloof u niet baten. 29
â– Ongelovigen vroegen: ‘Maar wanneer komt deze Dag dan?’ 28
â– Ongelovigen! Is het geen teken van Allah dat wij al eerder ongelovigen vernietigde? 26
Soera 33
â– Ongelovigen! Wie beschermt u tegen Allah? Gij hebt buiten Allah geen helper. 17
â– Ongelovigen zeiden; wat Allah en boodschapper beloofden was slechts bedrog. 12
â– Ongelovige! Wie Allah en de profeet lastig valt, zijn vervloekt en worden bestraft. 57
â– Ongelovigen! Wie onschuldige gelovigen lastig valt, draagt schuld en zonde. 58
â– Ongelovigen en huichelaars moeten ophouden anders worden zij verwijdert. 60
â– Ongelovigen en huichelaars zijn vervloekt, worden gegrepen en gedood. 61
â– Ongelovigen hebben een hartziekte. 60
Soera 34
â– Ongelovigen zeiden: De ‘dag des oordeels’ zal niet over ons komen. 3
â– Ongelovigen die Onze woorden trachten te ontkrachten, worden pijnlijk bestraft. 5
â– Ongelovigen! Wij kunnen stukken van de hemel op jullie doen neervallen. 9
â– Ongelovigen zeiden; Wij zullen stellig dergelijke uitspraken niet geloven. 31
â– Ongelovigen zeiden: Wij zijn rijker met veel kinderen, dus wij zijn niet gestraft. 35
â– Ongelovigen! Met rijkdom en kinderen kom je niet in de hemel. Met geloven wel. 37
â– Ongelovigen die Onze woorden willen ontkrachten zullen de straf krijgen. 38
â– Ongelovigen aanbidden de djinn [duivelen] De meesten van hen.
â– Ongelovigen! Onderga de straf van de hel waarvan gij het bestaan ontkent. 42
â– Ongelovigen vinden Onze woorden: verzonnen leugens. 43
â– Ongelovigen zeggen van Onze woorden: dit is overduidelijk bedrog. 43
â– Ongelovigen zullen geen uitvluchten kennen als zij worden gegrepen. 51
Soera 35
â– Ongelovigen die de islam ontkennen, worden gegrepen en [vreselijk] gestraft. 24/26
â– Ongelovigen! Satan nodigt u uit voor de straf van het branden. 6
â– Ongelovigen! Mens en dier zijn allen dienaren met kennis, en vrezen Allah. 28
â– Ongelovigen zijn de ondankbaren. Zij zullen branden in het vuur. 36
â– Ongelovigen zijn in de ogen van Allah weerzinwekkend. 39
â– Ongelovigen! Hoe machtig ook. Reis en zie hoe het einde was die voor u leefden. 44
Soera 36
â– Ongelovigen krijgen in de hel, ijzeren banden om hun nek gelegd. 8
â– Ongelovigen kun je waarschuwen of niet, zij geloven toch niet. 10
â– Ongelovigen! Wij hebben generaties vernietigt die niet meer naar jullie terugkomen. 31
Soera 37
â– Ongelovigen zullen op de Dag aan het vuur onderworpen worden. 26
â– Ongelovigen zeiden: ‘Zullen wij onze goden opgeven voor deze gekke rijmelaar?’ 36
â– Ongelovigen! Afgodsbeelden kunnen niet spreken en eten. Dus vernietigen! 85/94
â– Ongelovigen! Aanbid gij vervaardigde afgodsbeelden? 95
â– Ongelovigen worden vernietigt. 136
â– Ongelovigen! Onze schare is gewis de overwinnaar. 173
â– Ongelovige! U was gewaarschuwd en als uw straf komt, een slechte dag. 177
â– Ongelovigen zeiden: ‘Het is allemaal waarzeggerij’. 15
Soera 38
â– Ongelovigen verzetten zich met valse trots. 2
â– Ongelovigen! Hoeveel generaties [andersgelovigen] hebben wij al niet vernietigt? 3
â– Ongelovigen zeiden: Mohammed is een leugenaar. 4
â– Ongelovigen komen in de hel met vuur en kokende dranken. 57
â– Ongelovigen worden in de hel gedumpt, brandend in het vuur. 59
Soera 39
â– Ongelovigen zijn ondankbare leugenaars. 3
â– Ongelovigen! Allah houdt niet van jullie ondankbaren. 7
â– Ongelovige! Allah weet wat je denkt. [Dus pas op!] 7
â– Ongelovige! Geniet het ongelovige leven! Maar besef, jij gaat naar de hel. 8
â– Ongelovigen in een moslimfamilie, benadelen de hele familie. 15
â– Ongelovigen! Uw vernedering in de hel is groter dan in het huidige leven. 26
â– Ongelovigen willen dat gelovigen afgoden gaan aanbidden. 36
â– Ongelovigen kunnen geen voogd over moslims zijn. 41
â– Ongelovige! U kunt hemeltje rijk zijn, het geeft geen toegang tot de hemel. 47
â– Ongelovigen begaan het kwaad en de hel die zij bespotte zal hen omringen. 48
â– Ongelovigen! Jullie gezichten zullen op de Dag zwart [verbrand] zien. 60
â– Ongelovigen zullen op de Dag naar de hel gedreven worden. 71
â– Ongelovigen zijn hoogmoedig. 72
■Ongelovigen! Wij hebben de aarde geërfd. De aarde is van Ons. 74
Soera 40
â– Ongelovigen betwisten de revelaties. Laat hun bedrijvigheid u niet bedriegen. 4
â– Ongelovigen deden al eerder de waarheid verdraaien = gegrepen en gestraft. 5
â– Ongelovigen! Jullie zullen op de Dag geen vrienden hebben. 18
â– Ongelovigen! Weten jullie niet hoe het einde was van eerdere ongelovigen? 21
â– Ongelovigen die de tekenen van Allah ontkennen werden gegrepen. 22
â– Ongelovige! Op de Dag dat u zich afwend om te vluchten, heeft u geen helper. 33
â– Ongelovigen die bidden, dat heeft geen zin. 50
â– Ongelovigen, aan kettingen naar de hel met kokend water gesleept. 71/72
â– Ongelovigen gaan naar het tehuis voor de hooghartige – de hel. 76
â– Ongelovigen! Niet gezien hoe het einde was die voor jullie waren? 82
Soera 41
â– Ongelovigen worden op de Dag in groepen naar het vuur gebracht. 19
■Ongelovigen! Uw ideeën over Allah, brengt u tot verderf, tot verliezers. 23
â– Ongelovigen! Als jullie volharden in ongeloof, komt berouw te laat. 24
â– Ongelovigen! Het vuur is jullie thuis als vergelding voor jullie ongeloof. 28
â– Ongelovig zijn.., is het kwaad. 34
â– Ongelovige! Vanaf de ‘De laatste dag’ bent u niet langer veilig. 40
â– Ongelovigen! Wie niet gelooft is doof en blind. 44
â– Ongelovigen! Jullie afgoden hebben geen macht en geen hemel. 48
Soera 43
â– Ongelovigen bespotten profeten, Dus Wij vernietigde de sterkste onder hen. 8
â– Ongelovigen maken van engelen, vrouwelijke wezens. 19
â– Ongelovigen zeiden; “Wij volgen de godsdienst van onze vaderen. 23/24
â– Ongelovigen zijn daarom ontkenners en dus zie hoe het einde hen verging. 25
â– Ongelovigen! De islam is een blijvende leer zodat u zich kunt bekeren. 28
â– Ongelovigen verkrijgen hun welvaart van de schepper maar zij geloven niet. 30
â– Ongelovigen! Wie zich afkeert van islam, krijgt een satan als metgezel. 36
â– Ongelovigen! Satan geeft u het idee, het rechte pad te bewandelen. 37
■Ongelovige! Als Wij met dreigementen komen dan hebben Wij macht over jullie. 42
â– Ongelovigen zeiden: Waarom zien wij geen engelen tot Mohammed komen. 53
â– Ongelovigen zeiden: Waarom schenkt Allah, hem geen gouden armbanden. 53
â– Ongelovigen! Allah liet het volk van de Farao verdrinken vanwege ongeloof. 46-56
â– Ongelovigen! Jezus zei:’Allah is mijn Heer en uw Heer. Dient Hem – het rechte pad. 64
â– Ongelovigen! Jullie wachten slechts op het Uur, een plotse pijnlijke dag. 66
â– Ongelovigen zijn schuldig. Hen wacht kastijding in de hel. 74
Soera 44
â– Ongelovigen zeiden; ‘Mohammed heeft het afgekeken van anderen, hij is bezeten.’ 14
â– Â Ongelovigen! Als vergelding voor deze kritiek zullen wij u aanvallen. 15-16
â– Ongelovigen! Hemel en aarde zullen niet wenen als jullie verdrinken. 24-29
â– Ongelovigen zeiden: ‘Breng onze voorvaderen als er leven na de dood is’. 35-36
â– Â Ongelovigen werden vernietigt – schuldig aan ongeloof. 37
â– Ongelovigen zullen gegrepen en naar de hel gesleurd. 47
â– Â Ongelovigen worden in de hel gemarteld met kokend water. 48
Soera 45
■ Ongelovigen die spotten met de islam verdienen een vernederende straf. 9
■ Ongelovigen hebben de hel in het vooruitzicht. Hun afgoden staan machteloos. 10
â– Ongelovigen zijn onrechtvaardig bezig en vrienden onder elkaar. 19
â– Â Ongelovigen zijn niet gelijk aan gelovigen. Ook na de dood niet. 21
â– Ongelovigen aanbidden hun begeerten, in plaats van Allah. 23
â– Â Ongelovigen volgen leugens, zij zullen vergaan in de hel. 27
â– Â Ongelovigen handelen minachtend en daarom schuldig aan ongeloof. 31
â– Â Ongelovigen zullen worden omgeven door datgene wat zij bespotte: het hellevuur. 33
â– Ongelovigen zullen op de Dag het vuur aanraken. Excuses komen dan te laat. 35
Soera 46
â– Ongelovigen vereren andere goden. Zij zijn ver afgedwaald. 5
â– Â Ongelovigen! U bidt tot afgoden die niet kunnen antwoorden. 5
â– Ongelovigen zeiden: “Zijn praat is waarzeggerij.” 7
â– Â Ongelovigen zeiden: ”Hij verzint het allemaal.” 8
â– Â Ongelovigen zeiden: ”Dit is een oude leugen.” 11
â– Â Ongelovigen zijn ten onrechte hoogmoedig en opstandig – dus naar de hel. 20
â– Â Ongelovigen! Dien Allah want ik vrees een straf voor jullie. 21
â– Â Ongelovigen werden door een wind vernietigt – de straf voor dit schuldige volk. 25
â– Â Ongelovigen kregen ogen, oren en een hart, maar willen niet geloven. 26
â– Ongelovigen! Wij hebben steden vernietigt, als teken, dat u zich zal bekeren. 27
â– Â Ongelovige! Wie aan de profeet geen gehoor geeft, kan niet ontkomen. 32
â– Â Ongelovigen! Wie Ons woord verwerpt wordt aan het vuur blootgesteld. 34
â– Â Ongelovige! Op de Dag, zal louter het overtredende volk worden vernietigt. 35
Soera 47
â– Â Ongelovigen verwerpen de waarheid, hun leven is nutteloos. 1
â– Â Ongelovigen volgen leugens, gelovigen volgen de waarheid. 3
â– Â Ongelovigen! U wacht vernietiging en Allah zal uw daden vruchteloos maken. 8
â– Â Ongelovigen! Die Wij al eerder vernietigde, zal ook voor jullie gelden. 10
â– Â Ongelovigen! Allah beschermt enkel de gelovigen. 11
â– Ongelovigen eten en vermaken zich zoals vee. De hel is hun thuis. 12
â– Ongelovigen! Wij vernietigen steden vanwege jullie ongeloof in Allah. 13
â– Â Ongelovigen en gelovigen zijn niet elkaars gelijken. 14
â– Ongelovigen volgen wat Allah ontstemd, en haten wat Allah behaagt. 28
â– Â Ongelovigen hebben een ziek hart. 29
â– Ongelovigen en gelovigen die zich afwenden worden vervangen. 38
Soera 50
â– Â Ongelovigen leven in een verwarde toestand want zij geloven niet. 5
â– Ongelovigen! Ziet u niet de door ons opgerichte versierde hemel met sterren? 6
â– Ongelovigen! Voor wie niet gelooft gaan de dreigementen in vervulling. 14
â– Ongelovigen die een andere God oprichtte, werden gemarteld. 26
â– Ongelovigen die het goede beletten maken zich schuldig. 24/25
â– Â Ongelovigen werden al eerder vernietigt, zij hadden geen toevluchtsoord. 36
â– Ongelovigen! Deze moorden zijn een les voor wie begrijpt luistert en ziet. 37
Soera 51
■ Ongelovigen zijn vervloekt. 10
â– Â Ongelovigen zijn schuldig. 32
â– Ongelovigen gedragen zich buitensporig. 34
â– Â Ongelovigen verdienen brokken klei [ter verdelging] 33/34
â– Â Ongelovig volk van de Farao werd in zee geworpen. 40
â– Â Ongelovig volk de Aad, werd door een orkaan vernietigt. 41
â– Â Ongelovig volk de Samud werd achterhaalt door de bliksem. 43/44
â– Ongelovig volk Noach, werd al eerder vernietigt, ook zij weigerde te geloven. 46
â– Ongelovigen van nu verdienen dezelfde straf als hun zondige voorgangers. 59
Soera 52
â– Â Ongelovigen vermaken zich met ijdele, nutteloze gesprekken. 12
â– Â Ongelovigen worden in de hel geslingerd. 13
â– Ongelovigen zeiden: Mo is slechts een dichter en wij wachten tot het lot hem treft. 30
â– Â Ongelovigen zeiden: Hij heeft dit verzonnen. 33
Soera 53
â– Ongelovigen geven engelen, vrouwelijke namen. Dat is fout. 27/28
â– Â Ongelovigen! Jullie kennis reikt niet verder dan de aardse kennis. 30
â– Â Ongelovigen zijn slecht. Moge Allah hen vergelden. 31
â– Ongelovigen! Het Uur nadert. Stop met spotten. Wees niet onbezonnen. 57/60/61
Soera 54
â– Â Ongelovigen volgen hun aardse begeerten. Maar Gods vonnis wordt volbracht. 3
â– Ongelovigen! Op de ‘dag des oordeels’ worden jullie in het vuur gesleept. 48
â– Â Ongelovigen! Wij hebben jullie gelijken al eerder vernietigt. Schep er lering uit. 51
Soera 54
â– Ongelovigen! Die tegen de islam ingaan krijgen een onterende, vernederende straf. 5
â– Ongelovigen zeiden:‘Als Allah bestaat waarom straft Hij ons dan niet?’ 8
â– Ongelovigen! Wie ons dwarsbomen worden vernedert. 20
Soera 55
■ Ongelovigen worden herkend en zullen worden gegrepen bij haren en voeten. 41
â– Â Ongelovigen ontkennen dat de voorzieningen op aarde, van Allah komen. 42
â– Ongelovigen zullen in de hel rondgaan tussen vuur en fel kokend water. 44
Soera 58
â– Ongelovigen die tegen de islam ingaan krijgen een onterende, vernederende straf. 5
â– Â Ongelovigen zeiden:‘ Als Allah bestaat waarom straft Hij ons dan niet?’ 8
â– Ongelovigen zijn in de greep van Satan. Daarom geloven zij niet. 19
â– Ongelovigen! Wie ons tegenwerkt wordt vernedert. 20
â– Ongelovigen! Allah en zijn boodschappers zullen zegevieren [over de ongelovigen]. 21
â– Ongelovigen! Allah’s partij zal zegevieren op wie zich verzet. 22
Soera 59
â– Ongelovigen werden uit hun huizen gejaagd. 2
â– Ongelovigen [joden] werden door Allah verbannen. 3
â– Ongelovigen [joden] werken Allah tegen en worden streng gestraft, en dus… 4
â– Ongelovigen werden vernederd door het omhakken van hun palmplantages. 5
â– Â Ongelovigen en gelovigen zijn niet aan elkaar gelijk. 20
Soera 60
â– Â Ongelovigen wensen vurig dat gij ook ongelovig wordt. 2
â– Â Ongelovigen! Wij verwerpen u. 4
â– Ongelovige joden! Tenzij u gaat geloven, voor eeuwig vijandschap en haat. 4
â– Â Ongelovigen hebben niet het recht, gelovige vrouwen te trouwen. 10
Soera 61
â– Ongelovig volk is een opstandig [dus een ongehoorzaam] volk. 5
â– Â Ongelovigen! Wie Allah ontkent is een leugenaar en meest onrechtvaardig. 7
â– Â Ongelovigen willen het licht van Allah met hun mond doven. 8
â– Ongelovigen! Maar Allah zal zijn licht [op aarde] vervolmaken. 8
â– Â Ongelovigen! Wij zullen zegevieren. 9
Soera 64
â– Ongelovigen zeiden: Zullen jullie stervelingen ons zeggen wat waarheid is? 6
â– Â Ongelovigen geloven niet in een hiernamaals. 7
â– Ongelovigen die onze tekenen verwerpen komen in de hel. 10
Soera 66
■Ongelovigen en huichelaars moeten bestreden worden. 9
â– Ongelovigen! Jullie woning is de hel, een kwade bestemming. 9
â– Ongelovigen! Op de Dag komt uw spijt te laat. De hel is uw vonnis. 7
Soera 67
â– Ongelovigen! Voor wie niet gelooft is de straf der hel. Een slechte bestemming. 6
â– Â Ongelovigen! De hel kookt van woede als u erin geworpen wordt. 7
â– Â Ongelovigen! Waar is uw leger om u te helpen? U lijdt aan zelfbedrog. 20
â– Ongelovigen volharden in opstandigheid en afkerigheid. 21
â– Ongelovigen! Allah gaf u oren en ogen. Hoe ondankbaar bent u. 23
â– Ongelovigen! Allah bepaalt wie zich vermenigvuldigt op aarde. 24
Soera 68
â– Ongelovigen! Wij luisteren niet naar jullie. 8
â– Ongelovigen! Jullie zijn laatdunkend, zondig, misdadige kwaadsprekers. 11/13
â– Ongelovigen zeggen: ”Jullie verzen zijn fabelen van de ouden”. 15
â– Â Ongelovigen! Wij zullen jullie op de neus brandmerken.
â– Ongelovigen! Allah kan uw boomgaard vernietigen als straf. 17/31
â– Ongelovigen! Denken jullie dat je gelijk behandelt wordt als een gelovigen? 35
â– Ongelovigen! Wij gelovigen, bepalen hoe je leven er uit gaat zien. 36/41
Soera 69
â– Ongelovige volk ‘de Samud’ werd door een overweldigende straf vernietigt. 5
â– Ongelovige volk ‘de Aad’ werd door een 8 dagen durende storm vernietigt. 6
â– Ongelovig volk de Farao begingen grote zonden, hun steden werden vernietigt. 9
â– Â Ongelovigen gehoorzaamde de Heer niet, daarom grepen Wij hen. 10
â– Ongelovigen! Op de Dag, is uw rijkdom en macht verdwenen. 28/29
â– Ongelovigen! Op die Dag, geboeid in de brandende hel gesmeten. 30/31
â– Ongelovigen! Op die Dag naar de hel aan kettingen, zonder hulp of eten. 32/35/36
Soera 70
â– Ongelovigen zien hun straf ver weg, maar Wij zien hun straf dichtbij. 5/6
â– Ongelovigen willen hun vrouw en kinderen offeren om aan de hel te ontkomen. 11/15
â– Ongelovigen die rijkdommen hamsteren en gierig zijn, de hel eist hen op.17/18
â– Ongelovigen treuren als kwaad hen treft, maar zijn inhalig als het hen goed gaat. 20/21
Soera 71
â– Ongelovig volk van Noach werd verdronken omdat dit 25
â– Ongelovige volk van Noach, hebben moslims op een dwaalspoor bracht en dit 27
â– Ongelovige Noach volk baart niets anders dan onzedig / zondig nageslacht. 27
Soera 72
â– Ongelovigen die Allah ontkennen zijn dwazen en leugenaars. 4
â– Â Ongelovigen zijn brandstof voor de hel. 15
â– Â Ongelovigen! Alle gebedshuizen behoren aan Allah. Dus vereer enkel Hem. 18
Soera 76
â– Ongelovige! Wij hebben voor u boeien, ijzeren halskettingen en een laaiend vuur. 4
â– Ongelovigen houden van de vergankelijke wereld en denken niet aan de Dag. 27
Soera 77
â– Ongelovigen werden vernietigt. Dat zullen Wij met generaties erna ook doen. 16/17
Soera 98
â– Ongelovigen van het schrift [joden en christenen] zijn de ergste wezen. 6
Zie; Allah in de koran
Zie: Niet-moslims zijn als dieren
Het is een schadelijke barbaarse ideologie dat niet past in de 21e eeuw.