Een schokgolf is door de wereld gegaan door de gewelddadigheden van ISIS.
Deze organisatie wil een islamitische staat vestigen en een kalifaat stichten waar Koran en sharia leidend zijn. ISIS volgt daarbij de opdracht van Allah en zijn profeet om de mensheid te bestrijden tot iedereen zich tot de islam heeft bekeerd en de wereld gezuiverd is van ongeloof. Deze ‘strijd op de weg van Allah’, deze jihad, is een plicht voor elke moslim (cf. soera 2, vers 216). Er is geen sprake van eigen keuze. De islam is de grondslag voor alle activiteiten van ISIS.
Waarom protesteren moslims niet in groten getale tegen de activiteiten van ISIS en haar sympathisanten? Waarom worden niet overal ter wereld imams door gelovigen ter verantwoording geroepen en gedwongen met kracht ISIS-sympathisanten tot de orde te roepen? Waarom beperken moslims zich tot het uiten van een not in my name en verzetten vertegenwoordigers van de moslimgemeenschappen zich tegen het idee dat ze min of meer moreel verplicht zouden zijn zich uit te spreken?
Correctie van het heilige
Het geheel lijkt door een sluier van geheimzinnigheid aan het oog te zijn onttrokken. Gebeurt dat uit voorzichtigheid om de islam geen schade te berokkenen? Voor de islam betekent dialoog met andere religies da’wah en suprematie … Het aarzelt niet om de onwetendheid van anderen te misbruiken en hen in het duister te houden met hun ware intenties,
De noodzaak tot terughoudendheid is dus niet denkbeeldig. Immers, als de door Allah opgedragen jihad wordt veroordeeld, dan zou dat als consequentie hebben dat de desbetreffende passages uit de koran op non-actief moeten worden gesteld, een ernstige inbreuk op de heiligheid van de Koran, die volgens de overlevering aan het einde van de Ramadan, op Lailat Al-Kadr, compleet vanuit de hemel is neergedaald (soera 97, vers 1 – 5 en soera 44, vers 3 – 4).
Elke moslim zal het uit zijn hoofd laten een dergelijke correctie van de koran te eisen. Waarschijnlijker is het dat hij dat helemaal niet wil, dat hij diep in zijn hart de jihad onderschrijft. Helaas kan hij deze sympathie voor het woord van Allah vandaag de dag niet openlijk uiten, gezien de wereldwijde afkeer voor moordpartijen van jihadisten. Deze spagaat ondervindt de moslim overal waar de islam het niet voor het zeggen heeft. Voor nadere toelichting moet worden gekeken naar de geschiedenis van de verovering en onderwerping van niet-islamitische gebieden. Daarin zijn drie fasen te onderscheiden: Dar Al-Harb, Dar Al-Hidna en Dar Al-Islam.
Wapenstilstand
Dar Al-Islam (het ‘huis van de islam’) is het gebied dat gezuiverd is, dat is ontdaan van ongelovigen en waar allen de voorschriften van Allah en zijn profeet volgen. Daar heerst een zogenaamde vrede en wordt de islamitische wetgeving, de sharia, gevolgd. Het doel van de jihad is het realiseren van de Dar Al-Islam. Op de weg daar naartoe kunnen moslims in een fase verkeren, waarin hun kracht of hun aantal onvoldoende is om het uiteindelijke doel te bereiken. In die fase heeft Allah hen toegestaan een tijdelijke rust in acht te nemen, een wapenstilstand in jihadistische termen. Dit de fase van de Dar Al-Hidna (Hidna is het Arabische woord voor ‘wapenstilstand’). Dan zal de moslim zijn gedachten niet uiten en zal hij doen alsof hij een vriendschappelijke relatie wil opbouwen met een niet-islamitische meerderheid. De tong spreekt vriendschap, het hart is echter door haat verhard. Dit is de taqiyya, uitgebreid gehanteerd in koran en overleveringen.
De leugen als krijgslist is ook door Mohammed gehanteerd. Als de omstandigheden nog ongunstig zijn voor de moslim om de handhaving van zijn islamitische voorschriften te eisen, mag hij liegen over zijn ware bedoelingen. Daarmee kunnen met vriendelijke woorden langzamerhand steeds meer islamitische resultaten worden geboekt. Zonder de taqiyya verliest het geloof zijn bestaan. Dit is wat nu in Europa en Noord-Amerika gebeurt. Dat is de ware betekenis van het not in my name. Daarom wil de moslim niet spreken over zijn ware gedachten over zijn geloof.
Geen optie
De toestand van Dar Al-Hidna is tijdelijk. Eens zal de strijd opvlammen en zal het gebied een Dar Al-Harb zijn (Harb is het Arabische woord voor ‘oorlog’). Veel gebieden in het Midden-Oosten en enkele plaatsen in Europa en Noord-Amerika verkeren in de fase van de Dar Al-Harb. De jihad zal voortgaan tot de overwinning op de ongelovigen is behaald en het omstreden gebied gezuiverd is en onder de heerschappij van de islam is geplaatst. De jihad zal doorgaan tot het gebied een kalifaat is geworden en er sprake is van Dar Al-Islam. Overgave is geen optie. De jihad zal nooit worden verlaten. De tijdelijke Dar Al-Hidna verschilt essentieel van de toestand na een overgave. Bij een overgave is de hoop op de overwinning verloren gegaan, bij de Dar Al-Hidna niet. Daar blijft de belofte van Allah bestaan, de belofte dat de moslim altijd overwinnaar is.
http://www.katholieknieuwsblad.nl/