Prof.Bukay legt uit;
De geloofsleer ‘al-Wala ‘wal-Bara’ wordt opgevat als een defensieve verordening. Want aangezien moslims vreedzaam, tolerant en slachtoffer zijn, en de niet-moslim de agressor, de imperialistische kolonialistische bezetter, moeten moslims vechten en wraak nemen om zichzelf te verdedigen tegen de kuffar (niet-moslim), die schuldig is aan welke oorlog dan ook..
Deze mismaakte opvattingen van de Arabisch-islamitische politiek, betekent dat moslims aanvallen kunnen plegen wanneer het hen gelegen komt, als zijnde slachtoffer van onderdrukking en agressie. Ze kunnen misdaden plegen, terroriseren en intimideren, omdat de ander schuldig is aan kolonialisme, apartheid, racisme, islamofobie of atheïsme.
Volgens de al-Azhar Egyptische schriftgeleerde, sjeik Muhammad al-Sha’rawi, is de islam op geen enkele manier agressief of gewelddadig. Integendeel, de islam verspreid zich via da’wah en goede bedoelingen. Dit idee wordt zo vaak herhaald dat moslims dit zelf ook geloven, en daarom is de islamitische propaganda, de da’wah, het politieke bedrog richting de kuffar zo succesvol.
De ‘al-Wala ‘wal-Bara’ doctrine maakt duidelijk onderscheid tussen gelovige landen en ongelovige landen; tussen de goede mens en de slecht mens, tussen de reine en de onreine; tussen geloof en ongeloof. Het is halal tegenover haram, superieur tegenover inferieur, goed tegen kwaad en het is de vrome tegenover de boosdoener, het is naar het paradijs of naar de hel. Er is geen legitimiteit, wederzijdse erkenning en acceptatie van de ander, tenzij de ongelovige zich bekeert of onderworpen is aan een islamitisch regime.
Bovendien is alles in de islam perfect, onvergelijkbaar en niet te kopiëren: Allah is de enige ware. Mohammed is de profeet der profeten, de volmaakte mens en de meest geprezen en gezegende; hij is de man met Nur Allah (het licht van Allâh) en ‘Isma (immuum voor dwaling) die als gunst naar de wereld werd gezonden, het beste voorbeeld voor de gelovigen om volledig te worden nagebootst en bewonderd. De koran is de perfecte replica van het moederboek dat eeuwig in de hemel bestaat, een literair meesterwerk dat zo geschreven is dat geen mens het kan imiteren. De islam is het perfecte religieuze systeem, de enige allerhoogste ultieme ware religie op aarde; en moslimgelovigen zijn de begunstigde, het beste volk onder de mensheid. En het is hen opgedragen om het mensdom op aarde onder de islamitisch gezag te plaatsen in een islamitisch wereldrijk.
Te bereiken met de geloofsleer van al-Wala ‘wal-Bara. Letterlijk betekent het de totale loyaliteit aan de islam en de totale verloochening van en vijandschap jegens de ongelovigen. Het is een van de belangrijkste fundamenten van de islam geworden en van het allergrootste belang. Totale loyaliteit en liefde mogen alleen binnen de islamitische gemeenschap worden gegeven, en afwijzing, haat en vijandschap naar ‘de ander’ is de opdracht, gebaseerd op de grondslagen van de koran.
De ‘al-Wala al-Bara’ geloofsleer stamt uit het Arabische tribale bestaan, waarin verdeeldheid en fragmentatie het meest in het oog springen. Wat belangrijk is, is dat de Arabische stamidentiteit werd doorgegeven aan de islamitische Ummah, en dat de sociale kaders in wezen tribaal zijn. De constructie van liefde en loyaliteit binnen de gemeenschap, en achterdocht en haat tegen de ander, is geëvolueerd tot de Islamitische Ummah, om een mondiale superstam te worden, gebaseerd op religieuze voorschriften:
al-Wala ‘wal-Bara’ en de kuffar
De kwestie van de kuffar, de ongelovige, is een van de belangrijkste in de koran. Het aantal verzen gewijd aan de kuffar is enorm: 64% van de totale koran (Mekkaanse: 68%; Medinese: 57%); Sirāh – 81%; Hadith – 37%. Dat wil zeggen, 60% van de sharia is gewijd aan de kuffar.
De koran maakt duidelijk dat de islam geen universele broederschap predikt, het verkondigt broederschap tussen gelovigen en een totale veroordeling van de ander. Er zijn alleen al in de koran meer dan 400 verzen gerelateerd aan het hellevuur, exclusief geprepareerd voor de kuffar. De koran ontmenselijkt de kuffar en behandelt ze als gemene dieren en beesten, de ergste schepselen en demonen. Het zijn kwaadaardige overtreders in het ontkennen van Allah. Het zijn vrienden van satan die moeten worden bestreden totdat de religie alleen van Allah is. Ze zullen worden onthoofd, geterroriseerd, vernietigd, gekruisigd, gestraft, verdreven, verbrand in het hellevuur en met bedrog worden tegengewerkt. De gelovigen moeten de kuffar als een constante kwestie bestrijden.
Aangezien Allah’s woord superieur moet zijn, dienen de door mensen gemaakte wetten te worden vervangen door de sharia. Volgens Ibn Taymiyah: “ Aangezien wettige oorlogvoering in wezen jihād is en omdat het doel is dat de religie geheel voor Allah wordt [2: 189, 8:39] en het woord van Allah het hoogste is [9:40], behoren degenen die dit doel in de weg staan te worden bestreden. Wie Mohammed betwist, verdient de doodstraf wegens ketterij.”
Zoals Bernard Lewis het zei: de islam is nog steeds het ultieme criterium voor groepsidentiteit en loyaliteit. Het is de islam die constant onderscheid maakt tussen een moslim en een niet-moslim, tussen insider en outsider, tussen broeder en vreemdeling… de ultieme definitie van de ander, de buitenstaander en mogelijke vijand, is de kafir.
De koran en andere religies
De koran zegt dat alle andere religies als zodanig door Allah zijn vervloekt. Allen die afgoden aanbidden of leugens over Hem verzinnen, of Allah ontkennen, of zelfs maar één woord van Allah’s Boek veranderen, of niet in Mohammed geloven – moeten worden ‘gegrepen waar ze ook zijn en mogen worden gedood.”
Jodendom en christendom worden afgewezen en zijn niet “aanvaardbaar” voor Allah.
al-Walā ‘wal-Barā’ door de Tawhīd
Een tweede aspect van al-Walā ‘wal-Barā’ is wanneer de moslims de Tawhīd plechtig verklaren: La Illāh ila-llâh (er is geen god dan Allah), het propageert daarmee monotheïsme en stelt duidelijk dat alle andere religies worden ontkend als zondig en onwettig. Het is de bevestiging van Tawhīd; het plechtig verklaren van geloof met het hart en de bevestiging met de tong; het is gehoorzaamheid en onderwerping.
Volgens Ibn Taymiyah: “Het is niet mogelijk om volledig geluk te bereiken door Allah lief te hebben, behalve door alle andere dingen volledig te verwerpen. Dit is wat de woorden “Er is geen god dan Allah” betekent; dit hoort de levenshouding van een moslim te zijn.”
De Tawhīd: ”er is geen god dan Allah” zal nooit op aarde worden bereikt totdat de gelovigen de leer van al-Walā ‘wal-Barā’ toepassen, en de manier van leven van Mohammed volledig te volgen.
al-Walā ‘wal-Barā’ door het gebed
De derde bron is het gebed. In elk van de vijf dagelijkse gebeden verklaren moslims de totale trouw en onderwerping aan de islam en de afwijzing van de ander, zoals blijkt uit soera 1: 5-7: “Leid ons op het rechte pad, het pad van degenen die je hebt begunstigd, niet van degenen tegen wie er toorn is, noch van degenen die zijn afgedwaald. “
Degenen die Allah’s toorn op de hals hebben gehaald, zijn de Joden, en degenen die afdwalen zijn de christenen. [lees soera 5:77]
Dit weerlegt de huidige islamitische propaganda dat joden en christenen, zijnde Ahl al-Kitāb, geen kuffār zijn. Ze zijn wel kuffār, net als alle andere niet-moslims.
al-Walā ‘wal-Barā’ en de suprematie van de moslims
Een ander aspect van al-Walā ‘wal-Barā’ is gebaseerd op de soera 3:110 dat de moslims de beste van alle volkeren zijn die ooit voor de mensheid zijn opgestaan, en hun beloning is een luxueus leven in het paradijs. Islām is het perfecte religieuze systeem, boven alle andere religies verheven, bestaande uit de wijsheid van Allah vanaf het begin van de geschiedenis tot het einde van de wereld. Het verklaart duidelijk dat het hoogste doel is om de wereld onder de sharī’ah te onderwerpen, totdat de islam als enige religie de mensheid regeert in een wereld omvattend kalifaat. In feite betekent dit Da’wah: het uitnodigen van de gehele mensheid om de islam te accepteren als de enige allerhoogste religie. Hemel en aarde behoren alleen aan Allah toe, en zouden in feite zijn ingestort als ze niet door Allah waren bestuurd.
al-Walā ‘wal-Barā’ en het ‘Rechtvaardigen van oorlog’ (Siyar)
Het laatste aspect van al-Walā ‘wal-Barā’ houdt verband met de kwestie van oorlog en vrede. Aangezien de wereld in twee verschillende rijken is verdeeld: Dar al-Islām en Dar al-Harb, is een ”staat van eeuwig oorlogvoeren” de enige gerechtvaardigde relatie. Er is geen vrede in de islam ten opzichte van de ander, hoogstens een tijdelijke. De islam heeft geen concept van ‘rechtvaardige oorlog’, aangezien elke oorlog tegen de kuffār, ongeacht de gronden en omstandigheden, moreel gerechtvaardigd en religieus gelegitimeerd is. Een blijvende vrede wordt bereikt wanneer Dar al-Harb niet meer bestaat.
Al-Walā ‘wal-Barā en jihad
Jihād weerspiegelt de normale relatie tussen de gelovigen en de kuffār. Er zijn geen ongelovigen of niet-moslim in de islamitische geschriften, maar alleen kuffār. Islamitische oorlogen tegen de kuffar openen de wereld voor de islam. Elk gebied dat is veroverd door de islam is eigendom, dat nooit meer zal worden weggegeven, terwijl elk gebied dat door de kuffār heerst, wordt beschouwd als een bezetting die met geweld moet worden overwonnen ten bate van de islam. Door deze redenering moeten alle gebieden van de kuffār opnieuw worden bezet en onderworpen aan jihād. Territoriale expansie door oorlog is geen agressie maar vervulling van de koranische geboden om de islam te verspreiden. Er kunnen periodes van zwakte bestaan zodat de jihād wordt opgeschort: een slapende status die op elk moment kan eindigen.
Waar in alle andere religies vrede wordt gedefinieerd als een afwezigheid van oorlog en wederzijdse erkenning en respect, ziet de islam een oorlog als het middel om vrede te creëren, door een islamitische orde af te dwingen. Een islamitische orde die de hele wereld bestrijkt is het doel van jihād en daarom een rechtvaardige oorlog. Bovendien, waar in alle andere religies vrede kan bestaan los van een religie, is vrede voor de moslims eerder een permanente theologische staat dan een politieke. Een politieke vrede zal in de islam nooit worden beschouwd als iets anders dan een tijdelijke wapenstilstand om strategisch voordeel te behalen. Een echte vrede moet theologisch zijn, en het betekent dat niet-moslims de superioriteit van de islamitische wet moeten erkennen.
Samenvatting
De leer van al-Walā ‘wal-Barā’ is van cruciaal belang voor het begrijpen van het islamitische wereldbeeld en zijn opvattingen richting de ander. Vriendschap sluiten met gelovigen en ongelovigen bestrijden zijn cruciale pijlers in de islam. Het is zelf zo belangrijk, dat het op de tweede plaats komt na de Tawhid, de eenheid van Allah. Geloof is niet compleet zonder het, inclusief het afzweren van en vechten tegen binnenlandse Jahili-heersers. Al-Walā ‘wal-Barā’ is het criterium van onderscheid tussen de gelovigen en de vijanden van de islam. Dat is waarom Tawhid [monotheistische wereldrijk] nooit op aarde zal worden bereikt totdat de gelovigen al-Wala ‘wal-Bara’ toepassen, en de manier van leven van Mohammed volledig te volgen.
Volgens de Fitrah-geloofsleer is het de diepe islamitische overtuiging dat de islam de plicht heeft om de wereld te regeren en haar sharia op te leggen aan de mensheid. De kuffar die zich verzetten tegen de islam en deze niet uit vrije keuze aanvaarden, zijn verantwoordelijk voor het aanhoudend geweld en de afwezigheid van wereldvrede. Als ze maar de onvermijdelijke realiteit zouden accepteren en zich zouden onderwerpen aan de al-Wala van de islam, dan zouden de moslims al-Bara ‘niet hoeven te gebruiken en zouden ze geen toevlucht hoeven te nemen tot de jihad om hen te doden. Onderwerping is de enige oplossing voor wereldvrede en het is in het beste belang van de mensheid.
Hij die wil begrijpen waarom ze ons zo haten; waarom de islam een moorddadig automatisch machinesysteem is van haat tegen de ander; waarom dit gif vanaf de kindertijd zo grondig in elke moslim is geïmplanteerd – de al-Wala ‘wal-Bara’ geloofsleer is de bron en het antwoord.
De andere kant van haat jegens al diegenen buiten de islam is angst; diepe, enorme, immense angst. Maar dit is een probleem dat hier niet kan worden opgelost.
* David Bukay is professor Midden-Oostenstudies aan de Universiteit van Haifa.
Wat met ‘wala’ wordt bedoeld is dicht bij de moslims zijn, door van hen te houden, hen te helpen, begunstigen, beschermen en met hen te leven in tegenstelling van hun vijanden.Terwijl ‘bara’ betekent snijden of breken – het verbreken van banden met ongelovigen, zodat ze niet langer van hen houden, hen beschermen, bijstaan of harmonieus samen leven. Loyaal zijn aan mede-moslims is een zeer grote deugd is, en loyaal zijn aan ongelovigen is een groot gevaar. De positie van al-wala ‘wal bara’ in de islam is erg hoog, omdat hij het sterkste touw van het geloof is.